Juridische praktijktesten naar discriminatie op de private huurwoningmarkt in Gent: de reactieve fase.

Research project: Juridische praktijktesten naar discriminatie op de private huurwoningmarkt in Gent: de reactieve fase.
Juridische praktijktesten naar discriminatie op de private huurwoningmarkt in Gent: de reactieve fase.

2018 | Gefinancierd door Stad Gent

Samenvatting

Het doel van dit project was om na te gaan in welke mate de 12 discriminerende makelaars in Gent uit de proactieve fase blijven discrimineren bij hun selectie van kandidaat-huurders op de private huurwoningmarkt. De sectororganisatie In-Gent vzw voerde hiervoor 130 reactieve, juridische praktijktests uit bij deze 12 makelaars tussen maart en september 2018 en onder de wetenschappelijke begeleiding van de Universiteit Gent. Omwille van pragmatische redenen werden de makelaars getest op basis van slechts één discriminatiegrond: ‘nationale of etnische afstamming’. In tegenstelling tot de proactieve fase waren deze praktijktests niet langer louter sensibiliserend, maar werden ze ook uitgevoerd in functie van dossieropbouw om een melding te kunnen maken bij Unia en het BIV. Deze twee organisaties kunnen vervolgens op basis van de dossiers respectievelijk een burgerrechtelijke en tuchtrechtelijke procedure opstarten.

Uit de resultaten van de reactieve praktijktests blijkt dat de 12 discriminerende makelaars uit de proactieve testfase niet langer een significant patroon van discriminatie vertonen in de eerste fase van het verhuurproces: het al dan niet een geïnteresseerde kandidaat-huurder uitnodigen voor een plaatsbezoek. Twee van de 12 discriminerende makelaars bevinden zich echter in een grijze zone. We bevelen aan dat In-Gent vzw de volledige dossiers van deze twee makelaars aan Unia en BIV overmaakt voor een meer diepgaande, juridische beoordeling. Beide organisaties kunnen zo immers rekening houden met ook andere factoren, zoals de meer ‘subtiele’ vormen van ongelijke behandeling (bv. een kandidaat van Turkse afstamming later antwoorden of later een plaatsbezoek geven dan een kandidaat van Belgische afstamming). Ook het al dan niet deelnemen aan de georganiseerde training kan in de globale beoordeling meegenomen worden. Wanneer we de bevindingen van deze reactieve studie samennemen met de resultaten van de proactieve studie betekent dit dat we bij Gentse makelaars niet langer een significant patroon van etnische discriminatie zouden vinden bij het toekennen van een plaatsbezoek. Dat is reeds een grote vooruitgang in vergelijking met de situatie van 2015, waarin etnische minderheden in 26% van de gevallen door makelaars gediscrimineerd werden en helemaal geen plaatsbezoek kregen. Nu krijgen etnische minderheden tenminste een kans om zichzelf aan de verhuurder te presenteren. Volgens de intergroep contacttheorie zou dit onder bepaalde voorwaarden op termijn tot minder wederzijdse vooroordelen kunnen leiden.

Lees hier het volledig onderzoeksrapport.